Rechters 5 – Deel 2
QUESTION: De moddertekst - 2ANSWER:Rechters 5 - Deel 2door pastor Nathan Shepherd (
Dive Chapel, Candle Key, Florida)
“De belangrijkste reden dat we in deze cyclus verstrikt raken is dat wij, net als de Israëlieten in Rechters, niet alle Kanaänieten uitroeiden toen wij het Beloofde Land van onze verlossing binnenstapten.
En dat is het hele probleem. Dat is hoe wij tegenwoordig met de Kanaänieten van de zonde in onze levens omgaan. Wij verafschuwen hen niet. We leven zij aan zij met hen en dat verlaagt ons in de ogen van God. En zo blijft de cyclus draaiende.
Oké, hier gaan we. Rechters 5 is een van de vreemdste hoofdstukken uit de Bijbel. Ik wil even vermelden dat we het al gelezen hebben. Als je goed hebt opgelet toen de band dat laatste lied speelde, dan heb je opgemerkt dat de woorden afkomstig waren uit Rechters 5, verzen 1 tot en met 31. Het enige wat de band niet zong was de laatste regel die zegt: 'Veertig jaar had het land rust.'
Rechters 5 wordt ook wel ‘Het Lied van Debora’ genoemd. In verzen 4 en 5 wordt ons verteld dat alles wat had plaatsgevonden in de recente overwinning over Sisera en de Kanaänieten het werk van de Almachtige Heer was geweest. De vijand had 900 ijzeren strijdwagens die hen een enorm voordeel gaven, vergelijkbaar met onze M1A1 Abrams tanks van vandaag. Wat konden de kinderen van Israël uitvoeren tegen dat enorm goed uitgeruste leger? Het maakte niet uit hoe zij opwogen tegen die zware tanks. De HEER had alles in de hand. Hij opende de hemelen en het regende en het regende. De tekst zegt: er 'stortte water uit de hemel en de wolken neer. Voor de heerser van de Sinaï wankelden de bergen.' Een modderstroom dus!
De strijdwagens hadden één groot nadeel: zij waren zwaar. Zij zakten in de modder weg en in die tijd hadden ze geen vierwielaandrijving. De Kanaänitische soldaten werden zo gemakkelijke, stilstaande doelwitten en moesten wel vluchten. Wauw. God is goed. Hij gaat met bepaalde omstandigheden om op manieren waar wij nooit aan zouden denken.
Daarnaast wil ik naar drie andere dingen in Rechters 5 kijken. Eerst in vers 4, waar we lezen: 'Koningen en vorsten, luister en hoor toe hoe ik de HEER bezing, een lied zing voor de HEER, de God van Israël.' Dan, punt 2, in verzen 6 tot en met 8 lezen we dat de wegen verlaten waren en het leven stil lag. Waarom? Omdat de kinderen van Israël voor andere goden hadden gekozen. En het gaat tenslotte over de mensen van het koninkrijk die God negeren en de gaven niet gebruiken die Hij hen heeft gegeven...
Vers 3 lijkt aan te geven dat Debora mogelijk niet echt de perfecte zangstem heeft. Je kunt dit namelijk ook lezen als: "ik, zelfs ik, zal tot de Heer zingen..." Maar ze zingt nog steeds vreugdevol - en luid - tot God. Ben dus niet verlegen wanneer wij elke week tot God zingen aan het begin van de eredienst. Oké, ik weet dat ik hier later misschien spijt van krijg, maar ik wil jullie allemaal serieus aanmoedigen om "met luide stem" (Psalm 98:4) tot de Heer te zingen. En als er mensen onder jullie zijn die moeite hebben om niet vals te zingen, zoals - ahum - ikzelf, ben dan ook wat vergevingsgezind.
Punt twee. Voordat Debora naar voren trad als de rechter van het volk waren de wegen, de straten, de parken - alle openbare plaatsen - van Israël de hele dag verlaten. De mensen leefden in angst voor de Kanaänieten die hen hadden overwonnen. De reden hiervoor: 'Men verkoos andere goden.' Dit zou voor ons hier in het Westen een reclamezuil met neon letters moeten zijn. Niet alleen kiezen wij ervoor om andere 'goden' te aanbidden, zoals geld, macht en seks, we aanbidden ook nog eens onszelf! Hoe komt het toch dat het atheïsme en het seculier humanisme zo door onze cultuur omarmd worden? Ik kan dat niet uitleggen.
Verder in het lied, in verzen 15, 16 en 17 om precies te zijn - vraagt de tekst waarom de stammen van Ruben, Gilead, Dan en Aser niet op het strijdtoneel verschenen. In de NBV vertaling lezen we: "Maar de stam Ruben bleef steeds maar overleggen. Wat hield je bij je schaapskooi en het fluitspel van je herders? Ruben bleef maar overleggen, Gilead kwam de Jordaan niet over, Dan bleef bij zijn schepen, Aser bleef aan zee en verliet zijn havens niet.’
Dus als ik hier tussen de regels lees, werd er door de herders van Ruben veel over de oorlog gediscussieerd, maar besloten ze om bij de kuddes te blijven; zij bleven liever in de weilanden. Toen de mensen van Gilead tot de strijd werden geroepen, zeiden ze dat ze al andere plannen hadden. De stam van Dan ging liever op een cruise. En het volk van Aser ging naar het strand.
Geloof me, in de toekomst zullen deze groepen niet beloond worden omdat zij deze strijdkreet negeerden. Door het hele boek Rechters heen toont de stam van Dan een volledig gebrek aan geloof en worstelen zij op een ongehoorzame manier met God. Als God ons voor zijn werk oproept, wanneer Hij wil dat wij tot actie overgaan, dan is dat echt niet het geschikte moment om te gaan zeilen of surfen.”
Ga naar Rechters 6!