Rechters 6 – Deel 3
QUESTION: Van lafheid naar geloof - 3ANSWER:Rechters 6 - Deel 3door pastor Nathan Shepherd (
Dive Chapel, Candle Key, Florida)
“In vers 23 zegt de HEER: ‘Je hoeft niet bang te zijn, je zult niet sterven.’ Als reactie op dit alles bouwt Gideon een altaar op de plaats van het rotsblok, waarop het offer in vlammen was opgegaan.
Vervolgens gebiedt de HEER Gideon om het altaar van Baäl af te breken, het altaar dat zijn familie had opgericht en dat zij gebruiken om die heidense god te aanbidden. Jezus zegt hier dat Gideon eerst met de zonden in zijn eigen familie moet afrekenen, voordat hij als een dappere krijgsman kan worden gebruikt om de Midjanieten te verslaan.
Gideon gaat dus met tien van zijn mannen op pad. Zie je wat er hier gebeurt? Meneer G. is nu ineens een leider in plaats van een laffe zeurpiet. En dat komt omdat hij de Heer heeft gezien. Hij heeft tijd met Jezus doorgebracht. Dat is zo'n geweldige les voor ons. Op de eerste plaats kunnen we niet zijn wat de HEER van ons wil, tenzij we tijd met Hem doorbrengen. Op de tweede plaats moeten we toestaan dat Jezus eerst met onze eigen zonden afrekent, voordat Hij ons in Zijn Koninkrijk kan gebruiken.
Gideon en zijn bende breken het altaar van Baäl af. Zij offeren dan een stier op het altaar dat gebouwd was op de plek waar de HEER de geit en het brood had verteerd. De mannen van Israël zijn woedend en komen naar Gideons huis om hem te vermoorden. Maar Gideons vader, die zelf een aanbidder van Baäl was geweest, zegt: 'Hé, als Baäl een echte god is, dan kan hij Gideon toch zeker wel zelf doden?' En zo werd de volgelingen van Baäl het zwijgen opgelegd.
De Midjanieten en de Amalekieten verenigen zich nu om de kinderen van Israël aan te vallen. Denk er eens over na: zij moeten nu toch wel enorm overmoedig zijn, nietwaar? Ze hebben Israël al tien jaar lang het licht uit de ogen gemept. Waarom zou de strijd nu anders aflopen? Wat zij niet weten is dat Gideon tijd met de HEER heeft doorgebracht. Er zal nu spoedig met de zonde van lafheid worden afgerekend.
De Geest van de HEER daalde neer op Gideon. Hij is nu geen laffe zeurpiet meer en hij blaast de strijdhoorn en stuurt boodschappers erop uit om troepen te verzamelen. Uit de hele streek komen mannen opdagen om met hem te vechten.
Maar Gideon is er nog niet helemaal. In verzen 36 tot en met 40 vraagt hij de HEER om nog meer tekenen. En we zullen het daar volgende week over hebben, als inleiding op hoofdstuk 7.
Maar ik wil nog even naar één ding teruggaan. Ik heb vers 11 namelijk min of meer overgeslagen. Ga eens terug naar dat vers en lees het eerste deel daarvan eens. 'Toen kwam er een engel van de HEER. Hij nam plaats onder de terebint bij Ofra.' Dat is een eikenboom. Maar snap je wat je hier leest? We hebben vandaag al een heleboel gepraat over tijd doorbrengen met Jezus, maar heb jij het soms te druk? Is het mogelijk dat Jezus al voor jou is gaan zitten en op jou wacht, dat Hij wil dat jij bij Hem in de schaduw komt zitten, maar dat jij dat niet hebt opgemerkt omdat je met allerlei dingen veel te druk bezig bent? Auw! Denk hier de komende week eens over na.
Ga naar Rechters 7!